maandag 16 januari 2012

Organisaties herontdekken met vallen en opstaan de kerk

In september wil een aantal organisaties een grootscheepse evangelisatie actie starten. Centraal erin staat de grootschalige verspreiding van de glossy MEER. De actie is gericht op "spirituele zoekers," volgens sommige cijfers vallen 4 miljoen Nederlanders in die categorie. Er is volop discussie op het Internet (weblog Jos Douma, weblog http://www.johvandenakker.nl/2012/01/meer-magazine-glossy-evangelisatie/, weblog Nico Dirk van Loo), of dit nog kan: massale verspreiding van een blad. Een van de kritische argumenten is deze (een quote van de weblog van Jos, die begint met een andere quote):
"Het slagen van #meer is mede afhankelijk van een groot draagvlak in christelijk nl. Een #ja zou daar wellicht iets beter aan bijdragen:-)." Christelijk Nederland wordt dus een beetje verplicht om mee te doen;-( Een #nee draagt daar inderdaad niet aan bij, maar die ruimte moet er toch zijn? Of is elke lokale kerk moreel verplicht om mee te doen?
Ik wil op dit laatste argument wat reflectie bieden. Want ik zie ook een positieve trend. Waar vroeger allerlei organisaties steeds meer kernactiviteiten van de kerk overnamen - evangelisatie, diakonaat, gemeenteopbouw, internationale relaties - zie je, dat diezelfde organisaties nu het belang van lokale kerken weer herontdekken. 

Die organisaties namen die activiteiten trouwens vaak over, omdat kerken ze lieten liggen. Of, omdat mensen die zich tot die activiteiten geroepen wisten, wilden professionaliseren. Maar hoe dan ook, er ontstond een afstand tussen organisaties als Agapè, TEAR, Operatie Mobilisatie, Woord en Daad, Youth for Christ enerzijds en de lokale kerken anderzijds. 

En nu herontdekken velen van die organisaties de kracht van de lokale gemeenschap opnieuw. En ze willen daarin investeren met hun expertise en met hun passie. En lokale gemeenschappen herontdekken hun kernverantwoordelijkheden ook opnieuw. Diakonaat is niet iets wat je uitbesteedt aan een professionele organisatie, diakonaat is kern van de christelijke gemeenschap. En net zo voor evangelisatie, gemeenteopbouw, pastoraat, enzovoorts. Kortom, de herontdekking van integral mission, de herontdekking van wat Newbigin al tientallen jaren geleden formuleerde: "the local community is the hermeneutic of the gospel." 

En ja, die herontdekking gaat met vallen en opstaan, met strubbelingen gepaard. Dat zien we nu gebeuren. Maar al met al gaat ze winst opleveren.

Zie je deze trend ook? Hoe waardeer je die trend?

Hangtijd: over Jezus volgen en vliegers

Gisteren had ik mijn maandelijkse "moment of glory." Om vijf over drie - vijf minuten te laat dus - kom ik bij ons gebouw aan en daar staan ongeveer tien mensen op mij te wachten totdat ik de deur opendoe. Ik ben belangrijk! Of ging het toch om de sleutel?

Tussen drie en half zes of zes uur hebben we met elkaar koffie gedronken, gepraat, gezongen, spelletje gespeeld, bijbel gelezen en gebeden. Maar vat ik alles in een woord samen, dan is het dit: hangen. Drie uur rondhangen met mensen. En dat probeer ik ook op andere momenten te doen. Tijdens onze maandelijkse open maaltijd: van drie tot negen rondhangen in ons kerkgebouw - samen inkopen doen, meehelpen met koken, bakkie doen, samen wat tafels en stoelen sjouwen, mensen verwelkomen, bijbellezen, bidden, eten, kletsen, doorvragen. Nu ja, in één woord: hangen.

En dan denk ik: ik heb toch het mooiste beroep van de wereld, want wat is er nu mooier dan te hangen met mensen? Tijd doorbrengen - geen agenda, geen voorgeschreven doelen. Volgens Graham Tomlin ontwikkelde Jezus trouw, medeleven en geduld in het leven van zijn leerlingen door kameraadschap, gastvrijheid, maaltijden en ook door samen tijd te verspillen. Hangtijd is dus belangrijk. Hangtijd met "gospel intentionality," of, zoals iemand anders het zei: "loitering with intent" - "doelbewust rondlummelen." Hangen kun je overal; bij het eten, in het winkelcentrum, op het strand, samen voor de televisie, een spelletje, gewoon in de Hema aan het ontbijt. Tijd schenken aan de ander en aan jezelf. Tijd die je op jouw beurt al cadeau hebt gekregen.

Tegelijkertijd heb ik ook soms weken zonder hangtijd. Want agenda's en activiteiten zijn mij nog veel te vaak de baas. Maar meer en meer ontdek ik: hangtijd is cruciaal. Het is net als met vliegeren - wanneer je hangt, gebeurt het. Hoe meer hangtijd, hoe meer tijd om tricks te oefenen en te doen. Hoe meer je anderen bijzondere dingen ziet doen, ziet groeien - een eerste gebed uitspreken, delen in het eigen leven, hoop vatten.

Voor wie denkt dat hangen mijn eerste natuur is. Nee, dat is het zeker niet. Ik ben van nature helemaal niet zo'n goede hanger. Niet met mensen en niet met vliegers. Ik ben eerder individualist en sociaal zijn er veel vaardiger mensen. En met 43 jaar ben ik op het strand voorzichtig om mijn vlieger keihard in te sturen - ik heb net teveel besef van mijn eigen breekbaarheid en de hardheid van het strand. Kijk, hangtijd en vliegeren is mijn keuze. Maar, ik denk, dat hangtijd voor volgelingen van Jezus geen optie is, maar een ingrediënt van hun gewone leven hoort te zijn.

Hoeveel hangtijd heb jij?